Samenvatting

De studie maakt een analyse van de leveringscontracten voor elektriciteit en van het afnamegedrag van grote Belgische industriële klanten. Omdat de beschikbare gegevens verschillend zijn, hanteren de analyses verschillende definities van het begrip “grote industriële klant”. Bij de analyse van leveringscontracten wordt elke klant met een gefactureerde consumptie van minstens 10 GWh/jaar aangeduid als “grote industriële klant” (inclusief de bedrijven die aangesloten zijn op distributieniveau). Bij de analyse van het afnamegedrag wordt elke klant aangesloten op het Elia-transmissienet als “grote industriële klant” beschouwd (inclusief de klanten waarvan de gefactureerde consumptie lager is dan 10 GWh/jaar).

Een analyse van de leveringscontracten toont aan dat industriële klanten vooral contracten met een korte looptijd (1 of 2 jaar) aangaan, maar dat sommige leveranciers bepaalde contracten graag verlengen. In 2019 is de gefactureerde energieprijs globaal hoger dan in 2018 en situeert zich tussen 15 €/MWh en 95 €/MWh waarbij 50 % van de mediane klanten een prijs tussen 49 €/MWh en 68 €/MWh betaalt. Deze studie bespreekt de belangrijkste bepalende factoren die bijdragen tot de waargenomen verschillen in de gefactureerde energieprijs.

In het segment van de industriële klanten is het marktaandeel van Electrabel sinds 2002 gedaald. Gedurende de eerste jaren van de liberalisering verschoof dit marktaandeel voornamelijk naar de groepen Luminus, Uniper en RWE. Tussen 2010 en 2016 kan de sterke daling van het marktaandeel van Electrabel enerzijds verklaard worden door de opkomst en groei van andere leveranciers anderzijds hebben een aantal industriële klanten hun eigen beleveringsactiviteiten ontwikkeld. Sinds 2016 is het marktaandeel van Electrabel stabiel gebleven en het is vooral de groep Luminus die marktaandeel van Axpo heeft afgesnoept.

De jaarlijkse elektriciteitsafname daalt naar 16,68 TWh in 2019. Deze daling is voornamelijk te wijten aan een daling van de afname van de industriële afnemers in de metaalnijverheid. De maakindustrie vertegenwoordigt 76 % van de elektriciteitsafname van grote industriële klanten. De spreiding tussen de minimale en maximale dagelijkse afname is stabiel gebleven ten opzichte van 2018. De afgenomen basislast bij de industriële afnemers daalde in 2019 tot 63 %. Ter vergelijking, de basislast van de totale afname op het net van Elia is lager, met name 59 %.

Tot slot veranderden 4 toegangspunten van leverancier in 2019. De impact van deze leverancierswissels op de belevering van industriële afnemers wordt dieper onderzocht door de energie-uitwisselingen tussen ARP’s in kaart te brengen. De situatie in 2018 wordt vergeleken met die in 2019. Een daling van uitwisselingen via de publieke dagmarkt en een daling van aangekochte energie door industriële ARP’s via publieke marktplaatsen worden geobserveerd.

Download het document (pdf, 1.66 MB)

Datum van goedkeuring

Referentie

Studie (F)2126